Op 16 maart 2022 zijn de Gemeenteraadsverkiezingen. Iedereen boven de 18 mag zijn of haar stem uitbrengen, ook je naaste met dementie. Vanwege corona mogen kiezers bij de gemeenteraadsverkiezingen ook op de twee dagen voor de reguliere stemmingsdag hun stem uitbrengen. Om dat mogelijk te maken opent in elke gemeente een aantal stemlokalen op maandag 14 en dinsdag 15 maart. Lees onze tips en het stappenplan.
De diagnose dementie verandert niets aan het stemrecht
Zolang je naaste wil en kan stemmen, mag dat. De diagnose dementie is geen reden om niet te mogen stemmen. Alleen mensen die ernstige strafrechtelijke delicten hebben begaan, kunnen door de rechter worden uitgesloten van kiesrecht.
Wil je weten waarom stemmen belangrijk is en waar je uit kunt kiezen? Kijk op www.stemjijook.nl.
Begeleiden mag, tot aan het stemhokje
Het kan zijn dat de dementie het moeilijker maakt om te stemmen, bijvoorbeeld omdat je naaste de weg naar het stemlokaal niet meer weet. Je mag altijd meegaan om iemand naar het stemlokaal te begeleiden. Het stemmen in het stemhokje zelf, dat is wel privé. Je mag niet met je naaste mee het stemhokje in om te helpen. Alleen wanneer je naaste een lichamelijke beperking heeft (rolstoel, slecht zien, trillende handen), mag er iemand mee het stemhokje in. Het is in dat geval wel een voorwaarde dat je naaste dit zelf aangeeft bij de mensen van het stemlokaal. Uiteraard moet je daarbij ook rekening houden met de coronaregels.
Iedere gemeente heeft een paar stembureaus waar je naaste al op maandag 14 en dinsdag 15 maart mag stemmen. Die dagen zijn bedoeld voor kiezers die behoren tot de risicogroepen en daardoor extra kwetsbaar zijn voor het coronavirus. Net als de andere stembureaus zijn ze open van 7.30 tot 21.00 uur.
Let op: bij de Tweede Kamerverkiezingen van 2021 was het mogelijk om per post te stemmen. Dat is deze keer niet mogelijk.
Een uitlegkaartje maken
Als je met je naaste meegaat naar het stemlokaal kun je eventueel een kaartje meenemen waarop staat dat ze dementie heeft. De mensen op het stemlokaal zullen meteen begrijpen dat het stemmen bij je naaste wat meer tijd kan kosten.
Ga samen met je naaste op een rustig moment stemmen. Halverwege de ochtend en begin van de middag (voordat de kinderen van school worden opgehaald) zijn over het algemeen wat rustiger momenten.
Je naaste kan iemand machtigen
Wanneer je naaste niet naar het stemlokaal kan of wil gaan, mag ze iemand machtigen die voor haar stemt. Let op: ben je voor andere financiële zaken de gevolmachtigde of door de rechter benoemd tot vertegenwoordiger? Dan ben je niet automatisch gemachtigd om de stem van je naaste uit te brengen. Dat kan alleen als je naaste de machtigingsprocedure volgt zoals die op de stempas staat omschreven.
Er zijn een aantal dingen waar je rekening mee moet houden bij een machtiging:
- Lees allereerst goed de instructies op de stempas. Op de stempas staat hoe je iemand kunt machtigen.
- Begin op tijd. Als degene die gemachtigd wordt in dezelfde gemeente woont, dan kan de machtiging geregeld worden via de stempas. Woont de gemachtigde in een andere gemeente? Dan moet er vooraf schriftelijk toestemming worden gevraagd. Dit moet je minimaal vijf dagen van tevoren regelen.
- In principe moet je naaste iemand machtigen die dichtbij haar staat (partner, kind, curator of mentor). Als al deze mensen niet kunnen, kan er ook een hulpverlener worden gemachtigd. Let op: je bent dus als bewindvoerder niet automatisch gemachtigd om voor je naaste te mogen stemmen!
- Om iemand te machtigen moet je naaste nog wel haar eigen handtekening kunnen zetten. Behalve als op het identiteitsbewijs staat ‘niet in staat een handtekening te zetten’, dan wordt het machtigingsformulier ook zonder handtekening geaccepteerd op het stemlokaal.
- Degene die uit naam van je naaste een stem uitbrengt, moet volgens de wil van je naaste stemmen. Je naaste moet haar wil dus nog wel duidelijk kunnen maken, op het moment dat ze haar handtekening zet op de machtiging.
Bron; Alzheimer Nederland