Ria’s man heeft heftige dromen en hallucineert
Ria’s man heeft Lewy body dementie, hallucinaties en levendige dromen horen daarbij. Ze verstoren de nachtrust. Ria beschrijft haar ervaringen met humor en relativeringsvermogen.
De firma Krak en Mik
Lewy Body en dromen horen bij elkaar als Krak en Mik. Krak en Mik gaat over een echtpaar van een ‘certain age’. Niet meer zo jong, maar beslist niet heel erg oud, dat vinden ze zelf althans. Er woont nog iemand bij hen in huis: Lewy Body. Hij zorgt voor veel nachtelijk vertier.
Poes in bed
Pieter maakt mij wakker, in het holst van de nacht: ‘Er zit een poes in bed.’
Ok, poes in bed, kan gebeuren. Niet dat we poezen hebben, maar dat schijnt niet van enig belang te zijn. ‘Heb je er last van?’
‘Nee hoor, helemaal niet, maar ik dacht dat het beter was om jou maar even wakker te maken, anders schrik je er misschien van.’
Kijk, meedenken heet dat, en daar hou ik van. ‘Vertel eens wat over de poes?’
‘Nou, dat is wel grappig, want hij wordt Witje genoemd, maar hij is half zwart half wit. Dus als iemand hem Witje noemt, zegt er altijd wel een: maar hij is toch half zwart? En als iemand hem Zwartje noemt, is er altijd wel iemand die zegt: maar hij is toch half wit?’
Het begint mij te dagen: de boerderij! Daar zijn katten, tot groot plezier van Pieter. ‘Woont deze kat ook op de boerderij?’
Langzaamaan merkt Pieter dat het eigenlijk een beetje raar verhaal is: poes in bed. Hij begint te lachen en zegt dat het niet klopt.
‘Nee, inderdaad. Je hebt gedroomd, ga maar weer lekker slapen.’
Dienstmededelingen
Pieter doet dat onmiddellijk, want een poosje geleden hebben we afgesproken dat ik voortaan de baas ben. Hij vond dat wel een goed idee, geen verantwoordelijkheid meer, geen overleg meer: alleen maar ‘dienstmededelingen’. Niet dat hij ‘vroeger’ de baas was. Dat waren we allebei, of er was geen baas, zo zou je het ook nog kunnen zien. En voor mij valt er nog heel wat te leren, ik ben meer van het polderen. Dus dat moet er nog even uit geramd worden.
Er moet niet teveel gebeuren anders dondert de hele boel om.
Vannacht weer een akkefietje. Licht aan, regelrecht uit mijn slaap gehaald met het verzoek om even in zijn oor te kijken. ‘Er zit iets in en ik heb er last van.’
‘Kan het zijn dat je gedroomd hebt?’
Pieter boos: ‘Jij zegt altijd dat ik gedroomd heb als er iets is. Hou daar eens mee op. Kijk liever in mijn oor.’
‘Ok, sorry.’ Ik loop om het bed heen naar zijn kant en zet de lamp vlak boven zijn oor. Ik vraag hem een beetje anders te gaan liggen zodat ik beter in zijn oor kan kijken.
‘Nee, tuurlijk niet, dat kan niet, dan gaat het verder mijn oor in.’
Goed, dan niet. Ik kijk, maar zie niets.
‘Helemaal niets?’
‘Nee, helemaal niets.’
‘O, goed, dan ga ik weer slapen.’
Beetje vermoeiend wordt deze hele situatie voor mij wel, zo langzamerhand. We zijn nu zo’n kleine twee jaar verder met Lewy body en de situatie begint zijn tol te eisen. We worden een wankel stel, zo samen. Er moet niet teveel gebeuren anders dondert de hele boel om. Zo’n krakkemikkig bouwseltje: een flinke windvlaag en dan gaat alles plat. Firma Krak en Mik hier, bedacht ik ineens. Pieter moet er om lachen als ik het vertel. Krak en Mik, die houden we erin. Zo lang mogelijk!
Ria